Er is in Nederland veel te veel gespaard voor het aanvullend pensioen

Er is in Nederland veel te veel gespaard voor het aanvullend pensioen

Na jaren van analyses, discussies en onderhandelingen ligt er eindelijk een nieuw ontwerp voor het aanvullend pensioen: de Wet toekomst pensioenen. Het oude pensioenstelsel wordt in zijn geheel overboord gezet en vervangen door een volkomen nieuwe gedachte: de pensioenpremies worden op een persoonlijke pensioenrekening bijgeschreven. Het binnengekomen geld wordt wel collectief belegd. De beleggingsresultaten worden overgeboekt naar de persoonlijke rekeningen van de deelnemers en de gepensioneerden, waarbij de mate waarin in de winst wordt gedeeld afhankelijk is van de leeftijd. Er is nog wel een ambitie (80% van het middelloon na 42 jaar opbouw) maar er kan op geen enkele manier sprake zijn van een recht op een uitkering van enige omvang, want dat recht is volkomen afhankelijk van de toestand van de persoonlijke pensioenrekening op het moment van pensionering. Op dat moment kan 10% van de persoonlijke rekening in een keer worden opgenomen en het restant wordt verdeeld over het gemiddelde aantal jaren dat een gepensioneerde nog te leven heeft, op dit moment 18 jaar en drie maanden. Leeft de betrokkene korter dan valt het geld terug naar het pensioenfonds, leeft een gepensioneerde langer dan wordt het pensioen door het pensioenfonds doorbetaald. Het is de bedoeling dat alle pensioenfondsen overstappen naar het nieuwe stelsel. Dat wordt invaren genoemd. Bestaande rechten, overeenkomsten en contracten worden omgezet naar het nieuwe stelsel. Ook huidige gepensioneerden krijgen dus een persoonlijk pensioenpotje toegewezen, op basis van het aandeel van de individuele verplichtingen van de gepensioneerden in de totale verplichtingen zoals die op de balans worden verantwoord. Omdat door de zeer lage rente het aandeel van gepensioneerden historisch laag is en omdat gepensioneerden uit de rendementen maar een klein deel op hun persoonlijke pensioenrekening krijgen bijgeschreven is het onwaarschijnlijk dat de uitkering nog gaat stijgen.

Het wetsontwerp is ter consultatie aangeboden en via het internet zijn door talloze partijen commentaren en verbeteringsvoorstellen ingediend. Honderden deskundigen hebben zich in de discussie gemengd en het laatste woord is aan de politiek. Het is niet te verwachten dat het wetsontwerp veel wordt aangepast.

Is deze omvangrijke, kostbare en gecompliceerde verandering wel nodig? Ik vind van niet. Waarom niet? Omdat we in Nederland veel te veel sparen voor ons pensioen. Omdat we als gevolg van een extreem conservatieve balanswaardering, veel te strenge eisen aan de omvang van buffer in dienst van indexatie en als gevolg van deze gierige voorschriften het langdurig bevriezen van de aanspraken en uitkeringen een bedrag bijeen hebben gespaard dat nooit meer zal verminderen maar alleen nog zal groeien.

Ik neem als voorbeeld het pensioenfonds waar ik het meeste van weet: de Stichting Pensioenfonds Hoogovens (SPH). SPH beschikt per 1 januari 2021 over een totaal vermogen van € 10 miljard. Dat is voldoende voor alle nominale uitkeringen waarvoor verplichtingen zijn aangegaan en dan blijft na afloop van de uitkering aan de laatste gepensioneerde die op hoge leeftijd komt te overlijden nog € 600 miljoen over. Maar we willen geen nominaal pensioen, we willen een waardevast pensioen. De Commissie Dijsselbloem voorspelt een inflatie van 1,9% structureel voor de toekomst. Om een toekomstbestendige jaarlijkse indexatie van 1,9% te kunnen realiseren moet SPH een gemiddeld jaarlijks netto rendement van 1,56% maken. Bij dit rendement zijn de huidige middelen van € 10 miljard precies genoeg om aan alle verplichtingen te voldoen. Maar is 1,56% niet heel erg laag? Laten we uitgaan van de uitgangspunten van de commissie Dijsselbloem. Deze commissie adviseert een rendement op aandelen van 5,6%, van beursgenoteerde vastgoedfondsen van 4,1%, van grondstoffen van 3,3% en van vastrentende waarden volgens de rentetermijnstructuur, ofwel nagenoeg 0%. In deze percentages zijn de kosten van het pensioenfonds verdisconteerd. Nemen we de samenstelling van het vermogen van SPH dan komen we zo uit op 3,6% verwacht rendement. Wat is dan de uitkomst? Dan kan SPH aan al haar verplichtingen voor een waardevast pensioen voldoen en dan blijft aan het eind van de rit, in het jaar 2090 € 52 miljard over in de pot. Ja, dat leest u goed, 52.000.000.000 Euro. Dan ga ik uit van een uitkeringsperiode van tachtig jaar, als de jongste deelnemer van nu 102 jaar is. Hoeveel vermogen moet SPH nu in kas hebben als in de toekomst gemiddeld 3,6% rendement zal worden gemaakt? Ook dat is eenvoudig uit te rekenen: iets minder dan € 7 miljard. Er zit nu dus ruim € 3 miljard te veel in kas en dat overschot profiteert mee van de rendementen in de toekomst. Elke twintig jaar verdubbelt het vermogen bij een rendement van 3,5%. Dat noemen we exponentiële groei. Over een periode van tachtig jaar verzestienvoudigt het overschot, waardoor het aangroeit naar € 52 miljard.

Maar SPH maakte in het verleden veel betere rendementen dan 3,6%. Natuurlijk zijn resultaten uit het verleden geen garantie voor de toekomst maar we hebben het hier ook niet over garanties. We zoeken naar een realiseerbaar rendement op basis van ervaringen uit de verleden. We nemen het laagste vijfjaarsgemiddelde resultaat in de laatste tien jaar, sinds 2011. Dat is 5,7%. Dan blijft er na tachtig jaar en het voldoen aan alle verplichtingen nog € 430 miljard over in de pot. Let op: dit is niet de nationale pot, dit is de pot van SPH, eigenlijk bedoeld voor de deelnemers, gewezen deelnemers en pensioengerechtigden van Hoogovens/Corus/Tata Steel op dit moment. Ook niet bedoeld voor nieuwe verplichtingen na 1 januari 2021, want daarvoor wordt in de toekomst apart premie afgedragen en op die premie wordt ook weer rendement gemaakt. Neen, dit is het vermogen dat resteert in SPH nadat aan alle huidige verplichtingen voor een waardevast pensioen is voldaan. Dat gaat op dit moment om in totaal 29.172 mensen, waarvan de helft gepensioneerd is.  Jongeren behoeven dus nergens bang voor te zijn, zelfs bij een heel conservatief ingeschat toekomstig rendement blijft er ongelofelijk veel geld achter in het pensioenfonds.

Conclusie: wij hebben veel te veel gespaard voor ons pensioen. Met dat sparen gaan we ook nog gewoon door want alle premies zijn dit jaar verhoogd. Dat gaat ten koste van de besteedbare inkomens van actieve deelnemers omdat zij een te hoge premie betalen. Dat gaat ten koste van het bedrijf want ook dat betaalt een te hoge premie. Dat gaat ten koste van actieve deelnemers en gepensioneerden want hun aanspraken en uitkeringen zijn ten onrechte al tien jaar niet geïndexeerd. Dat gaat vooral ook ten koste van de economie want de bestedingen van gepensioneerden en deelnemers zijn lager dan ze hadden kunnen zijn. En tenslotte, dat gaat het ten koste van de overheid want de belastinginkomsten hadden veel hoger kunnen zijn.

Wat is de oplossing? Een volkomen juiste, goed verdedigbare en objectieve aanpassing van het bestaande stelsel moet worden gezocht in de aanpassing van de balanswaardering van de verplichtingen, ook wel technische voorzieningen genoemd. Baseert men de balanswaardering van de technische voorzieningen op de adviezen van de Commissie Dijsselbloem over de verwachte rendementen in de toekomst en werkt men daarbij met een reële discontovoet, dat wil zeggen brengt men de verwachte inflatie in mindering van het nominaal verwachte rendement dan krijgen we een vaste discontovoet van 1,7%. Dat ligt 1,5 procentpunt boven de huidige discontovoet. Beweringen dat een dergelijke aanpassing ten koste gaat van jongere deelnemers of dat er nadelen zouden optreden voor toekomstige deelnemers kunnen aan de hand van dit verhaal wel naar het rijk der fabelen worden verwezen. Als gevolg van de aanpassing van de discontovoet gaan de dekkingsgraden van alle pensioenfondsen met 20 tot 25 procentpunten omhoog. Bij een fonds als het ABP kan dan partieel worden geïndexeerd onder de huidige buffereisen. SPH komt met de dekkingsgraad boven 130 en kan beginnen met de inhaalindexatie. En andere wensen van de politiek zoals een degressieve opbouw om de doorsneeproblematiek op te lossen en een uitkering ineens bij de ingangsdatum van het pensioen kunnen in het huidig stelsel ook worden gerealiseerd.

Rob de Brouwer

14 februari 2021

21 Reactie's
  • bert
    Geplaatst op 11:50h, 15 februari Beantwoorden

    Lezen de zogenaamde deskundigen in 1 e en 2 e kamer dit ook?? op het ministerie de ambtenaren die er mee omgaan.. Krijgt Rob hier reacties van ministerie, Koolmees ,Dijsselbloem ,Knot op ?????

  • Aart Wiersma
    Geplaatst op 13:35h, 15 februari Beantwoorden

    Helder weer Rob, helder en adequaat.
    Dank.

  • Ruud
    Geplaatst op 13:57h, 15 februari Beantwoorden

    Duidelijk verhaal Rob, maar ik heb wel mijn vraagtekens bij onderstaande bewerting.

    “Omdat door de zeer lage rente het aandeel van gepensioneerden historisch laag is en omdat gepensioneerden uit de rendementen maar een klein deel op hun persoonlijke pensioenrekening krijgen bijgeschreven is het onwaarschijnlijk dat de uitkering nog gaat stijgen”

    Is het niet zo dat door die extreem lage rente er juist voor iedereen een hoge technische voorziening is?

    • robdebrouwer
      Geplaatst op 20:01h, 15 februari Beantwoorden

      Door de extreem lage rente is de waardering voor verplichtingen die ver in de toekomst liggen verhoogd en die voor gepensioneerden verlaagd. Daarom is het aandeel in het vermogen van oud gedaald ten gunste van jong. En die verschuiving wordt permanent door de regels van het invaren. Daar komt nog bij dat de rendementen onevenredig zullen worden verdeeld: jong krijgt relatief meer dan oud. Bij de meeste pensioenfondsen zullen de pensioenen van ouderen niet of maar weinig worden geïndexeerd.

      • Ruud
        Geplaatst op 12:01h, 16 februari Beantwoorden

        “Door de extreem lage rente is de waardering voor verplichtingen die ver in de toekomst liggen verhoogd en die voor gepensioneerden verlaagd”

        Die snap ik niet helemaal.
        Als ik als pensioenfonds de verplichtingen voor een 68-jarige pensioengerechtigde voor de resterende jaren nog contant moet maken, dan stijgt die contante waarde toch net zo hard door de lage rente als dat die contante waarde zou stijgen voor een deelnemer die nog niet met pensioen is.
        Kunt u dat uitleggen?

  • Harm Oosterhof
    Geplaatst op 15:43h, 15 februari Beantwoorden

    Perfect uitgelegd en klppt als een bus. PME vorig jaar 9,8% rendement en in 2019 19.8:% rendement. Over 35 jaar gemiddeld 7,5% rendement. Dan wordt het overschot nog veel groter. Het is onbegrijpelijk dat de politiek dat ook niet inziet. Kunnen waarschijnlijk niet rekenen. Behalve als het over besmettingen dan is het ineens wrl begrijpelijk.

  • G.m.h.steens
    Geplaatst op 16:39h, 15 februari Beantwoorden

    Geachte Heer de Brouwer U heeft helemaal gelijk alleen de heren van de politiek hebben er vermoedelijk andere plannen met dat geld en mijn vraag is wat willen ze er mee? Ik hoop dat ik dat nog mag meemaken wanneer ze dat onthullen. Want de ingeslagen weg zullen ze gewoon volgen zolang Rutte aan het bewind is

  • Jos v.d.Tillaar
    Geplaatst op 16:54h, 15 februari Beantwoorden

    Beste Rob ,ik heb je even gesproken bij de pensioenaktie in Heerlen en je gecomplimenteert met je uitlleg van het het pensoenstelsel op dat moment .i
    In de huidige situatie geef je weer een perfekt voorbeeld van hoe geweldig het huidige Pensioenstelsel met enige aanpassingen nog steeds het beste pensioenstelsel ter wereld is !!!! Jij legt in 5 minuten uit hoe het zit ! Stuur deze brief naar de 2e kamer want minsiter Koolmees kon op kritiiese vragen over het Pensioenstelsel geen antwoord geven , omdat dat veel te ingewikkeld voor hen zou zijn !!!! Dus daarom di t verzoek aan je.

    • robdebrouwer
      Geplaatst op 09:49h, 16 februari Beantwoorden

      Ik werk aan een tweede boek en dat gaat zeker richting politiek. Na de verkiezingen.

  • Holke J.M Flapper
    Geplaatst op 18:46h, 15 februari Beantwoorden

    Rob,

    Dank voor deze humoristische maar treffende illustratie van een oplossing waar de dames en heren van de Pensioenindustrie nog een probleem voor moeten bedenken.
    Op 10 maart is er een debat georganiseerd door Netspar, tussen Kamerleden die zichzelf “Pensioendeskundige “achten. Ben zeer benieuwd naar de inbreng van de nieuwe ster aan te firmament Drs. Paul Smeulders, oud-wethouder in Helmond. Ik wist niet dat hij zich de Pensioenkennis zo snel heeft bijgebracht. Volgens mij is inleven in een probleem een kunst op zich. We zullen zien of hij daar werkelijk toe in staat is.

  • H.P.M. Wittenberg
    Geplaatst op 19:44h, 15 februari Beantwoorden

    Een heel duidelijk verhaal we worden bedonderd

  • Jos van Hout
    Geplaatst op 21:05h, 15 februari Beantwoorden

    Klip en klaar Rob. Wanneer gaat de politiek hier op acteren. De uitspraak van de rechter recent was ook geen jubelverhaal helaas. Het wordt nijpend nu. En waar blijft de massale actiebereidheid? Het gaat iedereen aan hoewel velen er niets van snappen en de essentie van deze idiote nieuwe wetgeving niet kunnen of willen bevatten. Wat als hier een Jip en Janneke versie a la de animaties van Tros Radar van gemaakt zou worden ? Zodat ook degenen voor wie het een ver van mijn bed show is, duidelijk wordt dat ze een rampzalige regeling terugkrijgen voor wat nu tot het beste stelsel ter wereld behoort.

    Heemskerk (SPH pensionado)

    • robdebrouwer
      Geplaatst op 09:48h, 16 februari Beantwoorden

      Ik heb het al eens bij Goedemorgen Nederland mogen toelichten en bij Hollandse Zaken van Cees Grimbergen. Ik heb wel vijf filmpjes gemaakt voor Café Weltschmerz en ik heb een boek geschreven:”21 Mythes en onwaarheden over ons pensioen”. Meer kan ik zelf niet doen. Maar er zijn veel verschillende organisaties die werken aan acties richting politiek.

  • peter rotgans
    Geplaatst op 22:24h, 15 februari Beantwoorden

    Het is nog steeds de bescherming met obligaties van de eigen potjes en het veilig belegde solidariteitsfonds waar de politiek de winst ziet. Met de staatsleningen op -0,35% is het maar de vraag of er na de pensioendatum nog enig rendement voor de deelnemer te halen valt en dan moet ik weer aan jouw opmerking in de tweede kamer denken dat 44% van het rendement op pensioenen na de pensioendatum gerealiseerd wordt. Het bedrag waar je jaarlijks op kan rekenen zal wel steeds lager worden, want hoe ouder je wordt hoe groter je levensverwachting wordt, maar gelukkig heeft NETSPAR een rapport uitgegeven waarin staat dat hoe ouder je wordt hoe minder geld je nodig hebt. Pensioenen worden op deze manier onnodig duur, maar dat geeft de banken natuurlijk een veel betere concurrentiepositie. Het is werkelijk een fraai staaltje van roofkapitalisme met politieke benoemingen op DNB en CPB met als resultaat is dat in loondienst werkend Nederland de kosten van de vergroening op gaat brengen door met hun spaarcentjes staatsleningen te kopen.. Je had ook de miljonairs wat kunnen laten betalen want die worden 150 miljard rijker /jaar, Maar de politieke partijen vinden rijke bejaarden een verkeerd signaal richting werkenden geven en hebben daar graag 44 van de 100 miljard inkomsten van de fondsen voor over.

  • Servé Mullenders
    Geplaatst op 06:01h, 16 februari Beantwoorden

    Hoe kan het dan toch dat de accointants een goedkeuring geven aan de besturen van de pensioenfondsen zoals ABP, PfzW, PMT enz. voor het Jaarverslag en Balans.
    Dit terwijl zij weten dat de Bezittingen ter linkerzijde met een veel hogere rente worden
    berekend terwijl de Verplichtingen met een geheel andere veel lagere rente op de balans staan ter rechterzijde. Volgens mij is dat in strijd met de PW en ook het BW.??

  • Bert jansen
    Geplaatst op 07:35h, 16 februari Beantwoorden

    Een duidelijk en plausibel verhaal. Rijst bij mij de vraag. Waarom doet de overheid hier niets mee, waarom hun plan doorvoeren? Zijn zij nou zo dom en jij intelligent? Of gaan ze op den duur het “ overtollige “ geld confiscated.

    • robdebrouwer
      Geplaatst op 09:41h, 16 februari Beantwoorden

      Ik denk niet dat het gemakkelijk is om ons geld te confiskeren. Ik vrees dat er twee mogelijke verklaringen zijn: binnenskamers wordt verwacht dat het hele financiële stelsel wereldwijd in elkaar gaat storten of men wil van de laatste sociale voorziening af en wenst het zelf bij elkaar gespaarde pensioen onder te brengen bij verzekeraars.

      • peter rotgans
        Geplaatst op 12:13h, 16 februari Beantwoorden

        Denk jij dat een nominale zekerheid in een ingestorte Euro helpt? Dan had ik liever aandelen gehad.

  • Henk Verkerk
    Geplaatst op 18:51h, 16 februari Beantwoorden

    Goede analyses, maar zolang de DNB ’toezichthouder blijft worden de potten nog groter. Hun idiote plan om de pensioenpremies te verhogen vond geen tegenstand!
    De argumentatie: het prognose-rendement is laag: 0,5%, dus dan halen we de pensioenrechten (?) niet. Premies gewoon verhoogd. Dus, ook toekomstige pensioenen worden gekort. Dat rendement wordt ook DNB-‘wet’ in het nieuwe contract. De enige pensioenpartij ’50+’ gaat niet tegen deze onzin op de barricades…En RTL en veel kranten kletsen steeds over de foute ‘dekkingsbijdragen’ en dreigingen van kortingen. En KG wil aan de tafel zitten met de minister…..

  • Anton Brouwer
    Geplaatst op 20:12h, 18 februari Beantwoorden

    Waar geen wil is, is geen weg. Rob ik bewonder je doorzettingsvermogen, maar gelijk hebben is iets anders dan gelijk krijgen. De politiek koestert deze spaarpot nu die andere, de gespot, leeg is. Anderzijds, in verhouding tot ge gestegen levensverwachting blijft de pensioenleeftijd te veel achter en het aantal mensen dat in een fulltime time baan langjarig pensioen opbouwt schrompelt ineen. . Maar dan nog :Gepensioneerden en ook nog actieve premiebetalers hebben meer dan voldoende op de lat staan, maar de politiek wil anderen daarvan mee laten profiteren.

  • Peter van Groesen
    Geplaatst op 10:49h, 26 februari Beantwoorden

    Op 10 maart om 19.00 uur is er een online te volgen discussie van politici over pensioenen (zie site kbo). Die gaat natuurlijk ook over de hoeveelheid geld die beschikbaaar is in de pensioenpot.
    Interessant dat daarbij Gijs van Dijk (pvda) en Pieter Omtzigt (cda) aan de discussie deelnemen.
    Jammer dat er ook factcheckers zijn die de discussie vanuit een andere opvatting/ideologie zullen volgen. Ik denk/verwacht dat ze als toetsers van uitspraken in de discussie een andere waardering van de feiten hebben (netspar/d’66).

Geef een reactie